donderdag 5 januari 2012

De Surfdude

Daar komt het oude busje met veel lawaai aanrijden; je hoort het knallen van de kleine uitlaat en de rookwolkjes van niet verbrande benzine komen uit alle gaten en kiertjes van het plaatwerk. Het hobbelt heen en weer en de surfplanken die bovenop liggen vallen bijna van de wagen af. De muziek schalt uit de kleine speakers: Beach Boys, wat anders? Met de zomerse klanken van Good Vibrations op de achtergrond komt de auto tot stilstand, de deur gaat piepend open en er komen twee teenslippers tevoorschijn. De slippers worden weer gevolgd door een kekke zwembroek en daarboven gaat een wasbordje gehuld in een t-shirt met v-hals, dat net te strak zit. En zoals het hoort heeft hij een haaientand om zijn nek en krullende, halflange blonde lokken. Dan verschijnt er opeens een fel licht; hij ontbloot zijn witte tanden en de zon reflecteert in dit stralende gebit.

Hij loopt naar de zijkant van zijn busje en opent de deur en haalt daar zijn gitaar vandaan. Een surfdude is geen surfdude wanneer hij niet gitaar kan spelen. Met de gitaar op zijn rug en met een surfplank in zijn hand loopt hij relaxed naar de zee toe. Hij zet zijn surfplank rechtop in het zand en gaat half onderuit gezakt tegen de plank zitten. De gitaar ligt tegen zijn borst aan en de Surfdude speelt wat noten. Hij moet in de juiste sfeer komen om zo in die ene grote golf te pakken. Hij moet opgaan in de klanken van de gitaar, het ruisen van de zee en hij moet één worden met de wind die de golven aandrijft.

Dan is het moment daar, hij pakt zijn surfplank en rent in, zo lijkt het, slow-motion het water in. Het water spat op en de stralende witte glimlach laat een groots schijnsel vallen op de azuurblauwe zee. Hij ligt met zijn wasbordje op de surfplank en zwemt naar die ene grote golf toe. Dan ontwikkelt de golf zich tot een torenhoge watermuur die vooruit lijkt de rollen en een aanval willen plegen op de surfer. De Surfdude staat nu op zijn surfplank midden in de golf. Met zijn hand snijdt hij langs de muur van water. De Dude is één geworden met de wave.

De golf houdt op en hij drijft rustig uit tot aan het strand, hij pakt zijn gitaar op gooit die om zijn rug en zijn surfplank heeft hij onder zijn arm. Hij legt zijn splank vervolgens terug op het dak van zijn busje, de deur gaat open en hij legt zijn gitaar op de bank waar hij hem zojuist ook in het begin vandaan haalde. Dan wordt de motor met wat knallen gestart, de muziek springt aan en op de zomerse klanken rijdt hij weer al hobbelend door de duinen naar huis. Terug de drukte in van het systeem, wat hem roept. Zijn pauze zit er weer op en hij wordt weer de kantoormedewerker die van negen tot vijf aan het werk is.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten